1. INSCHRIJVING | |
Art. 1 | Inschrijvingen voor interclub 2016 worden aanvaard tot 15 januari 2016. |
Art. 2 | Ploegen die inschrijven betalen 120 euro inschrijvingsgeld per ploeg voor de competitie aan de Landelijke Racketlon Federatie. Het inschrijvingsgeld wordt voor de uiterste inschrijvingsdatum gestort op rekeningnummer 390-0407092-38 met vermelding van de naam van de ploeg en de ploegkapitein. |
Art. 3 | Elke speler die effectief deelneemt aan een ontmoeting dient ook lid te zijn van de Landelijke Racketlon Federatie en betaalt hiervoor 10 euro bij de eerste deelname. |
Art. 4 | De reeksindeling gebeurt op basis van de eindstand van het vorige seizoen. De dalers en stijgers van interclub 2015 worden automatisch ingedeeld in de nieuwe reeks. Nieuwe ploegen worden in een reeks ingedeeld door de intercluborganisatie op basis hun index. |
Art. 5 | De index van een ploeg wordt bepaald door de klassementen van de 4 titularissen op de spelerslijst. (Indien ploegen een gelijke maximumwaarde hebben, wordt bekeken welke ploeg de beste waarde heeft volgens de ranking. ) |
Art. 6 | Een ploeg in 1ste divisie mag een maximum index hebben van 90 pt, een ploeg in 2de divisie maximum 70pt, een ploeg in 3de divisie 50 pt. Een damesploeg mag een maximum hebben van 60 punten. De puntentotalen kunnen worden aangepast in functie van het aantal deelnemende teams en het aantal divisies. |
Art. 7 | Voor de bepaling van de index wordt het klassement van het einde van het seizoen in aanmerking genomen. Volgende punten gelden:
Heren: A = 25 | B = 20 | C=15 | D = 10| E = 5 |
Art. 8 | Bij de inschrijving wordt een lijst van spelers doorgegeven die deel uitmaken van de ploeg. Er is geen maximum aantal spelers per lijst. In de loop van het jaar kunnen nieuwe spelers worden toegevoegd aan de lijst. |
Art. 9 | Een speler mag op verschillende lijsten staan van dezelfde club, maar kan niet voor verschillende clubs uitkomen binnen 1 seizoen. |
2. REGLEMENTERING BIJ COMPETITIEDAG | |
Art. 10 | Een ploeg bestaat uit 4 spelers. Elke speler speelt een enkelwedstrijd en een dubbelwedstrijd. Wanneer er zich een blessure voordoet bij een van de enkelspelers, kan een reservespeler mee instappen voor de dubbelwedstrijden. |
Art. 11 | Bij het opstellen van de ploeg mag de index van het team de maximum index van de reeks niet overstijgen. |
Art. 11b | De competitie staat open voor Belgische en buitenlandse teams. Enkel de Belgische teams komen in aanmerking voor de titel van Belgisch kampioen ploegen. |
Art. 12 | De volgorde van de spelers bij een ontmoeting wordt bepaald op basis van de ranking op het moment van de ontmoeting. Indien een speler (nog) geen rangschikking heeft, wordt er voortgegaan op de indeling op www.racketlon.be |
Art. 13 | Voor de enkels wordt gespeeld in volgorde van de sterkte. Speler 1 speelt tegen speler 1, enzoverder. Het hoogste dubbelkoppel van elk team speelt tegen elkaar, net als de tweede dubbels. |
Art. 14 | De dubbelteams mogen vrij worden samengesteld. De index van dubbelteam 1 moet groter of gelijk zijn aan de index van dubbelteam 2. De samenstelling van de dubbelteams wordt voor de start van de ontmoeting op het wedstrijdformulier ingevuld. De kapitein geeft van elk dubbelkoppel ook aan wie zal starten bij de squash. |
Art. 15 | Voor aanvang van de wedstrijd wordt het team opgesteld en opgeschreven op een wedstrijdformulier door de ploegkapiteins. |
Art. 16 | De ploeg opstelling mag in elke ontmoeting gewijzigd worden. De twee ontmoetingen op 1 dag mogen dus met verschillende spelers worden gespeeld. |
Art. 17 | Een speler kan per speeldag (kalenderdag) slechts in 1 ploeg deelnemen. |
Art. 18 | Per ontmoeting wordt elke sport volledig afgewerkt vooraleer door te schuiven naar de volgende sport. Eerst worden de 4 enkels gespeeld in de sport en nadien worden onmiddellijk de dubbelwedstrijden betwist. Zo schuift het team steeds als groep door naar de volgende sport. |
3. FORFAIT OF NIET NAKOMEN VAN REGLEMENT | |
Art. 19 | Een gemiste interclubontmoeting door forfait betekent een boete van 30 euro |
Art. 20 | Indien een ploeg met 3 spelers aantreedt, wordt de ploeg beboet met 10 euro per keer dat de speler moest spelen (€10 voor enkelwedstrijd + €10 voor dubbelwedstrijd). |
Art. 21 | Overdreven onsportief gedrag kan schorsing opgelegd door de Landelijke Racketlon Federatie tot gevolg hebben. |
Art. 22 | Foutieve opstelling door ofwel een speler die niet op de inschrijvingslijst staat, ofwel een speler die lager speelt dan zijn ranking t.o.v. zijn medespelers, geeft forfait voor die betreffende speler. Bovendien wordt hiervoor een boete van 5 euro aangerekend |
4. AFZONDERLIJKE SPORTREGLEMENTEN | |
RACKETLON |
|
Art. 23 | Een racketlon match bestaat uit = 1 set tafeltennis, 1 set badminton, 1 set squash, 1 set tennis altijd in die volgorde en meteen na elkaar. 1 set = tot 21, met 2 punten verschil. |
Art. 24 | Rallypointsysteem: elk punt telt ook al ben je niet aan de opslag. |
Art. 25 | De speler die de toss wint, mag kiezen of die begint op te slaan. De andere speler kiest aan welke kant van het terrein die wil beginnen. |
Art. 26 | De eerste service wordt altijd gedaan vanaf de rechterzijde. De tweede service vanaf de linkerzijde. Men wisselt om de 2 services, behalve vanaf stand 20-20. Dan wisselt men van service per rally. In dubbel serveert dezelfde speler twee keer na elkaar. |
Art. 27 | Bij tafeltennis, badminton en tennis wordt er gewisseld van kant als er iemand 11 punten heeft. Een rustpauze van 30 seconden is dan toegestaan. |
Art. 28 | De winnaar van de match is diegene die de meeste punten heeft behaald aan het einde van de 4 sets (cumulatief systeem). |
Art. 29 | Wanneer na de tennis set het saldo 0 is, wordt er nog 1 punt gespeeld (gummy arm). Er wordt opnieuw getost. De speler die de toss wint, mag kiezen of die opslaat of ontvangt. De andere speler kiest de kant. De speler die dit punt wint, wint de wedstrijd. Hierbij mag slechts 1 keer geserveerd worden. |
Art. 30 | Voor elke set van een sport mag je 2 min. opwarmen en je hebt drie minuten om naar je volgende sport te gaan. |
Art. 31 | Naast de reglementen die hier werden vermeld blijven de specifieke reglementen van elke sport geldig(kort samengevat in onderstaande paragrafen). |
Art. 32 | Bij discussie wordt een hoofdscheidsrechter bijgehaald. |
TAFELTENNIS |
|
Art. 33 | De opslag moet niet gekruist zijn, maar de bal moet wel eerst op je eigen speelhelft botsen en dan op de speelhelft van je tegenstander. Wanneer de bal tijdens de opslag het net raakt, wordt de opslag opnieuw gegeven. Bij dubbel dient de opslag wel gekruist te zijn, opslaan vanaf de rechterkant. Bij het draaien op 11 wordt gewisseld van ontvanger. |
Art. 34 | De bal mag opgevangen worden na de achterste lijn van de tafel. Indien de bal over de tafel zou gaan, is dit voldoende om het punt te beëindigen. |
Art. 35 | Elke 6 punten mag een handdoek genomen worden om zweet te vegen. |
BADMINTON |
|
Art. 36 | Service moet gekruist zijn en wordt onderhands gegeven van achter de voorste lijn. |
Art. 37 | Zowel voor de service als tijdens het spel gelden de smalste en achterste lijnen voor het enkelspel. Bij dubbelspel gelden steeds de buitenste lijnen. Enkel bij dubbelopslag geldt de voorste achterlijn. |
Art. 38 | De shuttle mag het net raken, zowel bij de service als tijdens het verdere spel. De netpalen behoren bij het net. |
Art. 39 | Als de shuttle op de lijn valt is dit binnen. |
Art. 40 | Wanneer de shuttle het plafond raakt, is hij buiten en dus punt voor de tegenstander. |
SQUASH |
|
Art. 41 | De service moet boven de rode lijn op de voormuur zijn en in de grote rechthoek aan de andere kant. |
Art. 42 | Minstens 1 voet van de serveerder staat in het kleine vierkant. |
Art. 43 | Tijdens het spel raakt de bal steeds de voormuur. Deze moet echter niet als eerste geraakt worden. |
Art. 44 | De bal mag maar 1 keer botsen op de grond. |
Art. 45 | Wanneer de bal de lijn raakt is dit buiten. |
Art. 46 | Voor beginners: als de tegenspeler in de weg staat, wordt het spel gestopt en opnieuw gespeeld. Voor ervaren squashers gelden de let- en strokeregels. |
Art. 47 | Bij het dubbelspel in squash wordt er niet met 4 personen tegelijk gespeeld. Op voorhand wordt aangeduid welke twee spelers starten. Wanneer de score van 11 is bereikt wordt er verder gespeeld door de hoogst gerankte spelers vanaf die score. |
TENNIS |
|
Art. 48 | De service mag onder- of bovenhands gegeven worden. |
Art. 49 | De service wordt gegeven van achter de achterste lijn, gekruist. De bal moet landen in de grote rechthoek achter het net. |
Art. 50 | Wanneer de bal bij de service het net raakt en binnen valt, wordt de opslag opnieuw gespeeld. Als hij buiten valt, is de service fout. |
Art. 51 | De bal mag tijdens het spel (na de service) het net raken. |
Art. 52 | Bij enkelspel gelden de smalste en achterste lijnen. Bij dubbelspel gelden de breedste en achterste lijnen. |
Art. 53 | Op de lijn is binnen. |
5. NA EEN COMPETITIE ONTMOETING | |
Art. 54 | De wedstrijdbladen worden nagekeken en ondertekend door beide ploegen. |
Art. 55 | De wedstrijdbladen worden ingegeven door de organisatie in het toernooiprogramma. De rangschikking wordt gemaakt. |
Art. 56 | Elke gewonnen wedstrijd levert 1 punt op. De score kan dus variëren van 6/0 - 0/6 tot 3/3. In de stand krijgt het team voor een gewonnen ontmoeting 2 punten, een gelijkspel 1 punt en een verloren ontmoeting 0 punten. |
Art. 57 | Op het einde van het seizoen wordt de eindstand opgemaakt. Indien op dat moment twee ploegen eindigen met een gelijk puntentotaal, wordt gekeken naar de onderlinge ontmoetingen. Indien dit op gelijkspel eindigt, telt het puntensaldo (aantal gewonnen wedstrijden min verloren wedstrijden). Indien meerdere ploegen gelijk eindigen, telt enkel het puntensaldo. |
Art. 58 | De ploeg die in eerste divisie (dames en heren) kampioen wordt is Belgisch kampioen teams. |
Art. 59 | De enkelwedstrijden tellen mee voor de Belgische racketlon ranking. |
6. HET VOLGEND SEIZOEN | |
Art. 60 | De eerste ploeg uit elke divisie stijgt het volgende seizoen naar de reeks hoger. De laatste ploeg uit elke divisie daalt naar de reeks lager. |
Art. 61 | Ploegen kunnen bijgevoegd worden op basis van hun index. |
Art. 62 | De interclubcommissie kan gemotiveerde uitzonderingen toelaten. |
Belangrijk
- Elke onvoorziene omstandigheid waarbij we niets terugvinden in het reglement kan beslist worden door de interclubcommissie: Hans Abbeloos, Pieter Geerts en Hans Van Daele
- Indien er problemen zijn tijdens de wedstrijd wordt er naar een scheidsrechter gevraagd.
- Bij vragen over de inschrijving of de reglementen kan je contact opnemen via hans.abbeloos@racketlon.be